NATURALISME versus HUMANISME
Geplaatst: do 11 feb 2016, 10:26
NATURALISME versus HUMANISME
Naturalisme is de filosofie die ‘alles wat is’ binnen een natuurlijk kader plaatst. Net als het moderne of seculiere humanisme wordt daarmee het transcendente of bovennatuurlijke niet erkend. M.a.w. de aanhangers van beide wereldbeschouwingen geloven niet in wonderen en geloven niet in god(en).
Maar waar humanisten de mens als maat der dingen beschouwt, stellen naturalisten de Natuur *) centraal. En daar waar voor naturalisten de mens een integraal onderdeel is van de Natuur, zo ervaren humanisten de wereld buiten de mens als de natuur.
*) Natuur (met een hoofdletter) = alles wat is. Zowel de ‘bloemetjes en de bijtjes’, de Melkweg, een auto-ongeluk, atoomfysica, muziek. Meer in het algemeen: alle al dan niet levende materie, gebeurtenissen, gevoelens , opvattingen, ideeën en gedachten: alles behoort tot de Natuur, die derhalve allesomvattend is. Verder wordt de ordening van de Natuur toegeschreven aan natuurwetten die op elke plaats en tijd identiek worden ondersteld. (Merk op dat deze definitie zich onderscheid van het ingeburgerde begrip natuur als de ‘bloemetjes en de bijtjes’ en het object van studie van de fysica.)
Omdat ‘al wat is’ niet bij machte is in te grijpen in de universeel geldende natuurwetten, maar er juist het gevolg van is (!!) zal een meer solide onderbouwing van een wereldbeeld moeten starten bij de Natuur zelf (Spinoza), en niet bij de mens (Descartes, Kant, Sartre). Werkelijk inzicht in al wat leeft (in casu de mens) kan immers pas verworven worden met de natuurwetten als ultiem uitgangspunt.
Over de moraal
De natuurwetten liggen niet alleen ten grondslag aan het ontstaan van leven uit dode materie, maar zij onderhouden tevens de biologische evolutie. Die evolutie heeft op haar beurt geen ander doel dan het tegemoet komen aan soort-specifieke belangen. Belangen die de soort in stand trachten te houden.
Voor naturalisten is de publieke moraal gelijk aan de resultante van een belangen afweging. Belangen die, zoals hierboven betoogd in de grond een biologische basis hebben.
Een praktische soort-specifieke morele leefregel is gebaseerd op het betrachten van de wederkerigheid van belangen.
Echter, die wederkerigheid blijft voor naturalisten beperkt tot dezelfde waarden gemeenschap, en daarbuiten zolang het algemeen belang zich daar niet tegen verzet. Humanisten daarentegen, trekken de wederkerigheidsregel door tot de gehele mensheid. Hun moraliteitsopvatting is daarmee universeel, terwijl die voor naturalisten relatief is (belangen conflicteren nu eenmaal; verschillende waarden gemeenschappen met strijdige belangen zullen verschillende opvattingen over de moraal huldigen).
Naturalisme is de filosofie die ‘alles wat is’ binnen een natuurlijk kader plaatst. Net als het moderne of seculiere humanisme wordt daarmee het transcendente of bovennatuurlijke niet erkend. M.a.w. de aanhangers van beide wereldbeschouwingen geloven niet in wonderen en geloven niet in god(en).
Maar waar humanisten de mens als maat der dingen beschouwt, stellen naturalisten de Natuur *) centraal. En daar waar voor naturalisten de mens een integraal onderdeel is van de Natuur, zo ervaren humanisten de wereld buiten de mens als de natuur.
*) Natuur (met een hoofdletter) = alles wat is. Zowel de ‘bloemetjes en de bijtjes’, de Melkweg, een auto-ongeluk, atoomfysica, muziek. Meer in het algemeen: alle al dan niet levende materie, gebeurtenissen, gevoelens , opvattingen, ideeën en gedachten: alles behoort tot de Natuur, die derhalve allesomvattend is. Verder wordt de ordening van de Natuur toegeschreven aan natuurwetten die op elke plaats en tijd identiek worden ondersteld. (Merk op dat deze definitie zich onderscheid van het ingeburgerde begrip natuur als de ‘bloemetjes en de bijtjes’ en het object van studie van de fysica.)
Omdat ‘al wat is’ niet bij machte is in te grijpen in de universeel geldende natuurwetten, maar er juist het gevolg van is (!!) zal een meer solide onderbouwing van een wereldbeeld moeten starten bij de Natuur zelf (Spinoza), en niet bij de mens (Descartes, Kant, Sartre). Werkelijk inzicht in al wat leeft (in casu de mens) kan immers pas verworven worden met de natuurwetten als ultiem uitgangspunt.
Over de moraal
De natuurwetten liggen niet alleen ten grondslag aan het ontstaan van leven uit dode materie, maar zij onderhouden tevens de biologische evolutie. Die evolutie heeft op haar beurt geen ander doel dan het tegemoet komen aan soort-specifieke belangen. Belangen die de soort in stand trachten te houden.
Voor naturalisten is de publieke moraal gelijk aan de resultante van een belangen afweging. Belangen die, zoals hierboven betoogd in de grond een biologische basis hebben.
Een praktische soort-specifieke morele leefregel is gebaseerd op het betrachten van de wederkerigheid van belangen.
Echter, die wederkerigheid blijft voor naturalisten beperkt tot dezelfde waarden gemeenschap, en daarbuiten zolang het algemeen belang zich daar niet tegen verzet. Humanisten daarentegen, trekken de wederkerigheidsregel door tot de gehele mensheid. Hun moraliteitsopvatting is daarmee universeel, terwijl die voor naturalisten relatief is (belangen conflicteren nu eenmaal; verschillende waarden gemeenschappen met strijdige belangen zullen verschillende opvattingen over de moraal huldigen).